donderdag 6 april 2017

Ik krijg het niet meer uitgelegd. Werkelijk niet meer. Jij wel?


Tranen voel ik... ze zwellen op in mijn ogen en rollen langs mijn wangen. Het is alsof ik geen lucht krijg en ik staar voor me uit.
Pas een paar minuten later merk ik dat mijn kinderen naar me kijken. "Mam, wat is er?" Ze schrikken. Mama huilt. 
Ze willen naar me toelopen en snel druk ik de laptop dicht. Op de laptop het beeld van de vader in Syrië. Zijn naam is Abdel Hameed al- Youssef. De vader met zijn twee prachtige blonde kindjes in zijn armen. Aya en Ahmed. Zijn prachtige blonde dode kindjes...

Ik wil iets zeggen tegen mijn kinderen. Maar er komt niets. Dit beeld, dit verhaal, dit geweld... het is te heftig. 


- Hoe verklaar ik dit? 

Hoe leg ik dit uit aan mijn kinderen die zichzelf nog verliezen in Minecraft? Die geloven in de liefde, net als ik, maar dan nog vele malen puurder dan dat ik dat inmiddels doe. Omdat ze kind zijn. 

- Kan ik mijn kinderen hier tegen beschermen? 
- En moet ik dat wel willen?

Tegelijkertijd vraag ik me af hoe anderen hier mee omgaan. Ik huil om dit nieuws. Het raakt me diep. Hoe doen anderen dat? Hoe pakken anderen de dag weer op? En denken andere mensen daar ook aan als ze hun eigen kinderen knuffelen?

Ik krijg het niet meer uitgelegd. Werkelijk niet meer. Ik kom niet verder dan zinnen als "sommige mensen zijn gek geworden" en "de wereld is gek geworden".
Maar daarmee zeg ik iets over de mensen en over de wereld waarin mijn kinderen, onze kinderen, opgroeien. En wat ik niet wil, is angst zaaien. Ze voorbereiden op een wereld waarin we elkaar opblazen, vergiftigen, laten verhongeren en bestrijden met wapens.

Deze vader is niet alleen zijn kinderen verloren maar ook zijn vrouw en andere familieleden. Ze worden begraven in een massafamiliegraf. Hij vertelt er over aan een journalist. Zoveel respect voor deze vader. Abdel Hameed al-Youssef. Hij kan er woorden aan geven daar waar ik ze niet meer heb.
Het idee dat iemand vannacht wakker wordt van een luchtaanval en daarmee zijn naasten kwijtraakt... 

In plaats daarvan maakte ik me eerder vandaag druk om andere dingen. De vaccinatie van mijn dochter. De waterpokken van de jongste. Situaties waar ik mee omga in de hectiek van alledag.
Waar deze vader mee worstelt, het verschrikkelijke leed dat hem (en vele anderen) overkomt, dat is iets om ons druk om te maken.
Dat is een probleem van ons allemaal.
Een probleem waar onze kinderen in opgroeien en waar ik me zorgen over maak.

En terwijl ik dit schrijf, kijk ik naar mijn kinderen en geef ze een knuffel en een kus op hun voorhoofd. Ik heb ze zo ontzettend lief... Dat is vandaag mijn antwoord. En morgen ook. 
Meer woorden heb ik niet voor ze nu... 
Jij wel?




maandag 20 maart 2017

Parttime ouderschap: Het beste van twee werelden?


Steeds meer ouders hanteren het co-ouderschap. Week op, week af. Halve week op hele week af. Om het weekend wisselen. Even en oneven weken. Vele variaties zijn mogelijk.
Steeds vaker hoor ik om me heen wat het voordeel daarvan is. Er worden columns over geschreven in trendy magazines. Steeds meer relaties stranden en steeds meer co-ouderschappen ontstaan. In de magazines en op de blogs wordt het, na de hobbels van de echtscheiding en het ouderschapsplan, omschreven als een heerlijkheid voor de ouder. Het klinkt bijna als reclame. Iets dat je ook wilt voor jezelf. Co-ouderschap.

- "Ik kom eindelijk weer aan mezelf toe". 
- "Ik ontdek een kant van mezelf die ik helemaal niet kende". 
- "Ik ben zo blij dat ik verlost ben van die zaterdagochtenden langs het voetbalveld". 
- "Ik kan eindelijk weer uitslapen".
- "Tegen de tijd dat ik ze achter het behang plak, gaan ze naar hun vader".

De betreffende ouder plant allerlei "eigen" activiteiten om deze dagen heen. Zo ervaart de ouder enerzijds het ouderschap en anderzijds de autonomie om even los van het ouderschap "zijn of haar eigen ding te doen". En dat eigen ding dat kan van alles zijn. Een studie, het huishouden, uitstapjes, daten, overwerken, sauna etc.
Het past ook bij deze huidige tijd. Een tijd waarin de samenleving steeds individualistischer is geworden. Waarin er ruimte is voor de eigen behoeftevervulling van de volwassene. De ouder die niet langer wil zorgen en in relatie wil zijn met een ander (partner of kind) maar ook in brede zin bezig is met zelfontplooiing. De volwassene die een andere kant van zichzelf ontdekt of een andere 'rol' heeft op de dagen dat het niet 'moedert' of 'vadert'. 
En tegelijkertijd vraag ik me dan af... was dit alles dan niet mogelijk binnen de relatie en binnen het ouderschap?

Zo ervaren de kinderen op de dagen dat ze bij deze ouder zijn een ouder die zich voor 200% inzet. Er is tijd voor elkaar en aandacht. Er worden vaker spelletjes gedaan en samen op de bank gehangen. Er worden soms uitzonderingen gemaakt qua bedtijd of met eten. 
"bij je moeder eet je maar weer gezond". 
Krijgen kinderen op die manier het beste van hun ouder te zien? Een gelukkigere ouder? Een bewustere ouder? 
"ik wil de kinderen op de dagen dat ze bij mij zijn zoveel mogelijk liefde meegeven". 
Er wordt deels onbewust zoveel gecompenseerd. Want als ouder wil je het nu eenmaal zo graag goed doen.

Kennen deze kinderen hun ouders echt? Ik weet het niet.
Er zijn kinderen die werkelijk geen idee hebben wat hun ouder doet in de periode dat ze daar niet zijn. En er zijn ouders die dat een prettig idee vinden. 

Er zijn ouders die met elkaar hebben afgesproken hun gevoel van afscheid en missen niet mee te geven aan de kinderen omdat het ze zou schaden en in een loyaliteitsconflict zou brengen. Of die de afspraak hebben dat je de andere ouder niet kan bellen of appen omdat dat voor 'verwarring' zorgt. 
Maar is dat eigenlijk zo? 
Is het juist niet menselijker om te kunnen zeggen tegen je kind dat je het gemist hebt, dat je blij bent dat het er weer is? 
Of dat je weet dat je kind altijd bij je terecht kan, of bij de andere ouder? 
Zou het vroeger, voor het co-ouderschap anders geweest zijn? 
Of zou een kind toen ook een voorkeursouder hebben gehad in het delen van pijntjes en verdriet?

Veel kinderen groeien op in twee werelden. Eentje bij mama en eentje bij papa. Het is iets van deze tijd. Het co-ouderschap. Een concept om in deze tijd van echtscheidingen de kinderen te delen. Ze zo optimaal mogelijk te laten opgroeien met beide ouders. Daar hebben kinderen namelijk recht op. Het is een logisch gevolg van iets dat misschien onvermijdelijk en onveranderlijk is, een liefdesbreuk tussen de ouders. 

Krijgt het kind op deze manier het beste mee van twee werelden?
En wat is dat dan 'het beste'?

En nog belangrijker:
Hoe kan de volwassene hierin een voorbeeld zijn zodat deze kinderen opgroeien tot volledige mensen?

Hoe zou het eigenlijk zijn, als het gewoon een en dezelfde wereld zou zijn voor deze kinderen? 
Is dat überhaupt mogelijk?

maandag 6 februari 2017

De familie Wallie, net als in de film.

Hij kwam naar de praktijk met zijn knuffel. Een lange jongen van tien jaar. Hij vond het spannend om te komen, daarom was zijn knuffel mee. Niet zomaar een knuffel maar zijn lievelingsknuffel. Het was een "Wallie", zoals in de film. Deze was gemaakt van spons. Hij kon in bad, maar dat deed hij nooit. De jongen vertelde me dat hij er nog meer heeft. Vier in totaal. Zo kun je ze niet allemaal kwijtraken en heb je altijd nog een reserve.
Deze Wallie wilde weten of ik te vertrouwen was, of ik wel echt lief was. Voorzichtig werd ik besnuffeld en getest. Ik vond Wallie meteen heel erg aardig en gaf hem een aai en een plekje in de praktijk. Zo kon hij alles goed in de gaten houden maar vooral ook op zijn baasje letten. Zijn baasje, de jongen van tien, durfde uiteindelijk te gaan spelen en Wallie kon ontspannen.

De week erna kwam de hele familie Wallie mee. Zij hadden van de andere Wallie gehoord dat ik lief was en nu wilden ze me allemaal ontmoeten, aldus de jongen. Ze wilden met mij knuffelen en de jongen vroeg of dat mocht. Ja! Het mocht. Op dat moment werd ik besprongen door vier enthousiaste Wallie sponsknuffels die mij allemaal in mijn nek knuffelden. Het rook naar slaapgeur... De Wallies waren smoezelig zoals alleen slaapknuffels dat zijn.

De keer daarop had de jongen de familie Wallie niet meegenomen. Ze wilden thuisblijven, zei hij.
Ik vroeg of hij ze de groeten wilde doen. Of nog beter of hij ze namens mij een knuffel wilde geven? Daar dacht de jongen even over na.
Hij kon dan kiezen tussen een echte knuffel van mij die hij weer door zou geven of tussen een gebarenknuffel die ik aan hem liet zien en die hij dan "mee naar huis nam".
De jongen dacht er lang over na.

Bij het weggaan omhelsde hij me. Zijn hoofd op mijn borst en zijn armen om mij heen. Het was een heerlijke knuffel. Toen zei hij "deze zal ik aan de Wallies geven".